Datum van publicatie:

Kinderen en jongeren met een beperkte loopfunctie maken in het dagelijks leven vaak gebruik van een handbewogen rolstoel. Het is belangrijk dat deze kinderen zelfstandig leren rijden en manoeuvreren. Zo worden ze al op jonge leeftijd veel zelfstandiger en hebben ze meer mogelijkheden om mee te doen in de maatschappij. Dat blijkt uit onderzoek van Marleen Sol, die vandaag promoveert. Ze pleit voor structurele aandacht voor het aanleren van rolstoelvaardigheden bij kinderen.

In Nederland worden kinderen met een fysieke beperking, door bijvoorbeeld cerebrale parese of spina bifida, ondersteund door een kinderrevalidatieteam om hun gezondheid en ontwikkeling te stimuleren. Veel kinderen krijgen al op jonge leeftijd een rolstoel om binnen- en/of buitenshuis te gebruiken. Onderzoeker Marleen Sol: ‘Hoewel oefenen en leren omgaan met hulpmiddelen (zoals een spalk of prothese) belangrijke onderdelen zijn van een revalidatiebehandeling, is zelfstandig leren rijden en manoeuvreren nog niet vanzelfsprekend. En dat is juist zo belangrijk, omdat we zien dat het ontwikkelen van rolstoelvaardigheden zelfredzaamheid kan vergroten. Deze kinderen kunnen daardoor wat hun vriendjes ook kunnen: buiten spelen en zelfstandig op pad.’

Meten en trainen

Om kinderen en jongeren te begeleiden en ondersteunen, is het belangrijk om eerst goed rolstoelvaardigheden in kaart te kunnen brengen. Tot op heden is er nauwelijks aandacht voor het meten en trainen van rolstoelvaardigheid bij kinderen. Sol heeft een rolstoelvaardigheidstest ontwikkeld met onder andere voorwaarts rijden, slalom en verhogingen op- en afrijden. Ook maakte ze een op kinderen gerichte vragenlijst over zelfvertrouwen in het gebruik van een rolstoel. Het is belangrijk om zowel de rolstoelvaardigheid als het zelfvertrouwen in het kunnen én durven gebruiken van de rolstoel op verschillende momenten in de ontwikkeling te meten. Kinderen en jongeren die een rolstoelvaardigheid- en fitheidtraining hadden gevolgd werden actiever, vaardiger, fitter en kregen meer zelfvertrouwen op zowel de korte als lange termijn.

Tess (16 jaar, spina bifida) is 18 maanden als ze haar eerste rolstoel krijgt. ‘Rolstoelvaardigheidstraining is heel belangrijk voor mij, ik heb daar veel geleerd. Hoe ik moet omgaan met mijn rolstoel, maar vooral dat ik kan denken in mogelijkheden. Ik kan echt superveel met mijn rolstoel en dat geeft een gevoel van vrijheid. Dat je niet meer afhankelijk bent van iemand anders. En je gewoon kan gaan en staan waar je wilt.’

Bewustwording op jonge leeftijd

Volgens Sol is het belangrijk om bij kinderen én hun ouders of verzorgers van jongs af aan bewustwording van de mogelijkheden in een rolstoel te ontwikkelen. ‘Dat is ook belangrijk in de scholing van zorgprofessionals, zij begeleiden immers de kinderen en hun ouders. Bijvoorbeeld bij het kiezen van de juiste rolstoelen oefenen van rolstoelvaardigheden.’ Om dit te bereiken gaat Sol in vervolg onderzoek rolstoelvaardigheid implementeren in de kinderrevalidatie.

Kinderfysiotherapeut Marleen Sol is onderzoeker in het Kenniscentrum Revalidatiegeneeskunde Utrecht (samenwerking tussen UMC Utrecht en De Hoogstraat Revalidatie) en Hogeschool Utrecht, lectoraat Leefstijl en gezondheid.

In 2018 won ze de Klokhuis wetenschapsprijs met haar onderzoek.

 

Illustratie Arie van Vliet